**Over drijfveren, dynamiek en de kunst van jezelf een beetje kennen**
Je zit aan tafel. De notulen zijn besproken, het bestuursverslag ook. Dan valt er even een stilte. Iemand schuift z’n bril op z’n voorhoofd en zegt:
“Maar even los van de jaarrekening — waarom wilde jij eigenlijk toezichthouder worden?”
Ai. Goede vraag. Een beetje ongemakkelijk misschien. Maar precies dát soort vragen maakt een Raad van Toezicht sterker. Want laten we eerlijk zijn: je kunt nog zulke mooie statuten hebben en een perfect rooster van aftreden — als je niet weet wat mensen écht drijft, blijf je op de oppervlakte.
Iedereen neemt z’n eigen bril mee naar de toezichttafel. Niet alleen qua ervaring of vakkennis, maar ook qua overtuigingen, waarden en… ja, drijfveren.
Geen oordeel — maar wel belangrijk om te weten. Want je drijfveren bepalen hoe je kijkt, wat je belangrijk vindt en waar je op aanslaat in vergaderingen. En dat heeft weer invloed op de dynamiek in de hele raad.
Veel gedoe in Raden van Toezicht komt niet voort uit meningsverschillen over de begroting, maar uit botsende waarden of onuitgesproken verwachtingen.
Neem nou deze situatie:
Zonder open gesprek over drijfveren loop je het risico dat deze mensen langs elkaar heen praten — of elkaar stiekem een beetje irritant vinden.
Je hoeft echt geen hele middag op post-its te plakken wat je “purpose” is. Maar een goed gesprek over motivatie kan veel verhelderen.
Als je dat van elkaar weet, ontstaat er ruimte. Voor begrip, samenwerking én het benutten van verschillen. Want ja: het is juist de mix die werkt.
Laten we niet om de hete brij heen draaien: toezichthoudende functies hebben ook een zekere aantrekkingskracht op mensen die vooral uit zijn op prestige of invloed. Dat is menselijk — maar niet per se helpend.
Als RvT doe je er goed aan om in de werving verder te kijken dan cv en netwerk. Vraag gerust:
“Wat motiveert je om juist in deze organisatie een rol te spelen?”
Wie daar geen helder antwoord op heeft, zit er misschien vooral voor zichzelf.
Drijfveren zijn niet statisch. Ze kunnen verschuiven. Daarom is het slim om regelmatig met elkaar te reflecteren.
Bijvoorbeeld in de jaarlijkse zelfevaluatie. Gewoon, even inchecken:
Je hoeft er geen therapiegroep van te maken, maar een beetje zelfkennis doet wonderen.
We snappen het: praten over drijfveren voelt soms een beetje… soft. Maar in de praktijk is het juist een krachtig stuurinstrument. Want als je weet wat jou en je collega’s beweegt, kun je elkaar beter vinden. Of bijsturen als het nodig is.
Dus stel hem eens hardop, de volgende vergadering:
“Waarom zitten wij hier eigenlijk?”
Wedden dat het een goed gesprek wordt?
—
🔍 Cirkeltoezicht helpt raden van toezicht in de maatschappelijke sector sterker, scherper en menselijker te worden. Ook (juist!) als het gaat over gedrag en drijfveren. Meer weten? Stuur ons gerust een bericht of bekijk onze handreikingen en trainingen.